Filmrecensie: Playing God

In Playing God creëert een beeldhouwer leven uit klei, om het uiteindelijk als mislukt te beschouwen en achter te laten tussen zijn afgedankte creaties. Het kleifiguur is eenzaam en probeert te begrijpen wie hij is. Er is geen grootse reis, geen verklarende monoloog, maar daarin schuilt juist de kracht van de film.

Regie: Matteo Burani – Speelduur:  9 minuten
Schrijvers: Matteo Burani, Gianmarco Valentino
Genre: thriller

In deze negen minuten durende stop-motionanimatie weet Matteo Burani een opvallend overtuigend verhaal neer te zetten. Met uiterste zorg zijn de figuren vormgegeven: elke beweging en emotie voelt expressief en doordacht. De muziek is indringend maar nooit overweldigend; met een zekere ingetogenheid bewaart zij een perfecte balans en versterkt ze de emotionele lading.

Elk beeld is betekenisvol. De kleifiguren – verstotelingen – belichamen de vraag wat het betekent om gecreëerd en vervolgens vergeten te worden. Verward spartelen en schreeuwen ze onbeholpen, verpletterd door hetzelfde lot, wachtend tot hun schepper hen een doel toekent, een reden om te blijven bestaan. Tegelijkertijd ontstaat er binnen de gemeenschap van afgedankte figuren een vorm van troost: samen delen zij hun zinloosheid.

Het atelier is een donkere, beklemmende ruimte waar een hard licht op de figuren schijnt. De beeldhouwer probeert steeds opnieuw een uniek figuur te scheppen, maar faalt. Playing God is esthetisch en thematisch zeer sterk. De artistieke ambitie ligt hoog, en Burani slaagt er volledig in die waar te maken. De volledige animatiefilm is hier te bekijken: